Vraagt Rik twee maanden geleden aan mij.
Nee, hoor. Ik hoor nu alleen een gezoem van de mensen om me heen. Het is anders dan vorige week toen ik met de dames in de infuusruimte zat. Dan ben ik fysiek sowieso er slechter aan toe en alle zintuigen zijn aangescherpt. Ik kan dan ook geen kant op. Dan raak ik overprikkeld. Het scheelt dat dit buiten is. Ik ben gewoon blij dat ik hier zit alsof er niets aan de hand is. Alsof ik niet ziek ben. 

Ik zou eens willen dat er een dag voorbij gaat zonder dat er over mijn ziekte gepraat word. Dat ik er niet over praat. Erover denk. Een dag zoals vroeger maar toch niet helemaal.

Wij zitten op het terras van Louis Hartloper op het Ledig Erf in Utrecht. Blij dat we een plek hebben gevonden. We zitten op de eerste rij met onze gezichten naar de straat toe. Mensen kijken. We kennen het toch allemaal? Mensen kijken, iemand uitpikken en ongeneerd alle vooroordelen eroverheen gieten? De verhalen van de voorbijgangers ontvouwen zich in onze gedachten binnen de framework van ons wereldbeeld. Onderling wisselen we deze verhalen uit of we creëren er samen één. Alsof we een filmscript aan het schrijven zijn. Net hiervoor waren we in een winkel in één van mijn favoriete winkelstraten in Utrecht: de Twijnstraat. Vandaag is weer zo een dag. Stralende zon, een sterk “alles is mogelijk” gevoel en een grote carpe diem behoefte. 

Ik had de avond ervoor al met Rik afgesproken dat we eerst op kraamvisite zouden gaan. Ik ben namelijk bonus-oma geworden. De halfbroer van mijn zoon, mijn bonuszoon – al zijn hun vader en ik al 17 jaar niet meer bij elkaar, hij blijft mijn bonuszoon – is vader geworden. De eerste mijlpaal op mijn lijst van “redenen om te leven.” Gehaald dus! Bonus oma geworden van Chloé! Yeah! Al is hij niet mijn biologische zoon is het overweldigend ontroerend om het kind van je “kind” in je armen te houden. Als ik naar mijn bonus zoon kijk zie ik nog steeds de oerschattige zevenjarige die hij was toen ik hem voor het eerst ontmoette. Hij is eigenlijk mijn eerste zoon die zelf nu ouder is geworden.

Op het moment dat je diagnose gesteld wordt, lijkt het en voelt het alsof je leven morgen voorbij is. Iedere volgende dag voelt als een verlenging. Wanneer ik mijlpalen haal, ben ik oprecht dankbaar, verrast en hoopvol. Ik realiseer me dat ik lang genoeg heb geleefd om dit mee te maken. Ik realiseer me dat het leven ook gewoon doorgaat alsof ik niet ziek ben.

Nu, ik zeven maanden verder ben sinds de diagnose en, mijn laatste chemokuur inmiddels achter de rug is, besef ik iedere dag weer dat ik leef. Dat ik mij naar ‘kanker-omstandigheden’ goed voel. Dat ik gewend ben aan mijn geschoren hoofd en met mijn gezin in een bijna normale dagelijkse routine zit. Iedereen is weer teruggekeerd in hun oude routine in hun eigen leven. 

Alsof er niets aan de hand is.

Rik werkt alweer 20 uren per week en Jaden doet het goed met zijn studie en werk. Tussen de chemokuren door heb ik het opstarten van mijn vakantieverhuurbedrijf weer opgepakt en ben nog meer knopen aan het doorhakken. Daardoor heb ik zelfs een dagelijkse “to do” lijst. 

Alsof er niets aan de hand is.

Mijn dagelijksheden bestaan dus al bijna drie maanden uit meer dan ziekenhuis- en kliniekbezoeken. Rik heeft, naast het werk, zijn dagelijkse routine opgepakt. Behalve mij naar het ziekenhuis en kliniek brengen, drukken er nauwelijks zorgtaken op hem. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de emoties niet nog steeds als een zwaar deken ons soms verstikt en onderdeel is geworden van onze dagelijksheden.  Of, dat we in de stille momenten, tussen de dagelijksheden door, even vervallen in het donkere gat van onze realiteit. Met Jaden lijkt het naar omstandigheden goed te gaan. Alles went. Dat ik ziek ben dus ook.

Hoe het nu zit met mijn overprikkeling? Dat is steeds meer geworden. Ik leunde altijd al wel tegen het  hoogsensitieve aan, maar was altijd heel goed in het filteren. Maar nu: hoe verder ik in mijn chemotraject kwam, hoe dunner mijn filter werd. Daarin heb ik een patroon ontdekt waar jij misschien ook wat aan hebt. Ik ontdekte dat ik

    • in gezelschappen van meer dan 4 mensen die door elkaar heen praten, moeite heb me te focussen. Dat heeft dan een mentale en fysieke gevolg. Ik word dan misselijk. Als ik dit aan anderen vertel, krijg ik te horen dat zij daar eigenlijk ook wel last van hebben. Het verschil is dat zij blijven hangen en ik me afzonder in een eigen hoek of aangekondigd vertrek.
    • in een restaurant met luide muziek op de achtergrond en pratende mensen ik ook misselijk word. Nogmaals anderen hebben daar ook last van maar durven geen actie te ondernemen. Ik vraag of de muziek zachter kan en of ik misschien aan een andere tafel kan zitten. Zo nee, dan vertrek ik. Dat liever dan misselijk worden in een restaurant.
    • in een gesprek waarin ik de bullshit-praatjes van een afstand ruik, ook misselijk word. Ik zeg letterlijk: sorry ik voel nu moeheid opkomen en misselijkheid. Ik moet nu gaan. Ik zeg er overigens niet bij dat dit door bullshit-praatjes veroorzaakt wordt. Want wat levert mij en de ander dat op? Een geval van ‘pick your battles’. 
    • voel dat iemand onecht is of doet. Ook daar word ik misselijk van.
    • niet lang over oppervlakkigheden kan praten zonder moe of – jawel! – misselijkheid te worden.
    • afhaak als ik geen verbinding voel, als iemand is afgeleid, gesloten, afwezig is.
    • direct in een gezelschap aankondig dat ik opstap omdat ik moe of misselijk ben.

Kortom: moe van de bullshit

– praatjes,
– baan,
– leven,
– relatie,
– houding,
– status,
– gedrag,
– doelen.

Misschien denk je, wie is zij om te oordelen. Daar heb je dan ook gelijk in. Wie ben ik om te oordelen? Ben ik aan het oordelen? Ik weet niet eens of het zo ver gaat. Mijn intuïtie en instinct nemen het over. Zoals mijn kat Frodo die op de eerste en soms de tweede dag van mijn chemokuur zo min mogelijk bij mij komt. Alsof hij de gif en daardoor gevaar ruikt.

De ervaringen (positief én negatief) gaan direct naar mijn amygdala, mijn reptielenbrein. Ons oerbrein dat emoties aanstuurt en deze vertaalt naar wat wij “instinct” en “intuitie” noemen, die mij op zijn beurt lijfelijke signalen geeft. Intuitie is het nemen van beslissingen gebaseerd op onbewuste kennis uit het verleden. Ook een instinctief proces want deze kennis zit opgeslagen in ons brein en in ons lijf. Mijn inutitie dat altijd sterk is geweest is nu nog sterker of ik kies ervoor om te luisteren. 

Ik kies ervoor om de signalen op te volgen. De moeite om te komen tot rationele analyses en verklaringen, mijzelf daardoor aan te passen, leveren mij in het moment niets op. En eerlijk is eerlijk, tijd is een kostbaar bezit. Geen tijd te verliezen en sowieso niets om te verliezen. Gaat het om iemand die mij heel dierbaar is, dan ga ik daar een gesprek over aan. Even. Totdat mijn energie mij een halt toeroept. 

Als mens die de nodige levenservaring heeft en voldoende tegenslagen en tragedies heeft meegemaakt, heb ik een zesde zintuig ontwikkeld voor wat energie kost en wat energie oplevert. Een zesde zintuig is eigenlijk simpelweg vertrouwen op de signalen van je intuïtie.

Het begint met een intens en soms overweldigend gevoel

van onechtheid, van een schijnwerkelijkheid,
van afwezigheid omdat ik voel dat iemand er niet echt is.
van disconnectie van zichzelf en van anderen.
van afgeleid zijn en niet in het moment met mij is. 
van schijnbewegingen.

Allerlei voorboden van opgelegde innerlijke en externe druk.
En dan de vraag of ik er energie in wil stoppen om dit bij de ander te onderzoeken. Als coach zou ik direct een aantal ‘waarom’ vragen stellen, zoals een vraag die ik geregeld stelde: waarom vertel je mij dit?

Is dat oordelen? Veroordelen? Vind ik er wat van? Ik weet alleen dat ik er misselijk van word. In mijn praktijk heb ik klanten gehad met allerlei verschijnselen die ik duid als het onderdrukken van je natuurlijke staat van zijn of het nou gaat om het niet volgen van je hart, je eigen pad, je eigen taal, je wigen wijze… Verschijnselen zoals: darmklachten, moeheid, hyperventilatie, rugpijn, nekpijn, slecht slapen… Ik adviseer sowieso om fysiek te onderzoeken waarom deze klachten er zijn en negen van de tien keren is er geen medische verklaring. Negen van de tien keren gaat het om stress gerelateerde klachten en deze vindt dan zijn oorsprong in wat ik noem, het onderdrukken van je natuurlijk staat van zijn en doen. Hoe ouder ik werd hoe slechter ik werd in het onderdrukken van mijn natuurlijke staat van zijn ongeacht de omstandigheden.

Nu onthoud ik me van analyses. Analyses van waarom iemand zo is, zo praat en zo doet hebben totaal geen zin. Dat is mijn oude gedrag. En eerlijk is eerlijk: we weten het nooit zeker want al stellen we vragen en krijgen we antwoorden, we krijgen zelden volledig inzicht in de hele context. Een analyse zou ik doen omdat ik denk dat ik het misschien beter weet. Herken je dat? 

De hamvraag is dus: waarom moet ik dan weten?
Omdat ik controle wil over mijn omgeving over waarom mensen zijn, zoals ze zijn. Omdat ik grip wil en omdat ik angst voel. De ander begrijpen en achter ware motieven komen zullen we nooit bereiken zonder een hele context te kennen.
Slechts woorden zijn onvoldoende.

Wat ik dan ook wel voel naast mijn misselijkheid?
Ondanks het gevoel van onechtheid, van schijn…?

Ontroering.
Compassie voor het kind achter de volwassene.
Soms wil ik de ander dicht tegen me aandrukken en zeggen dat het allemaal wel goed komt. 
Soms kijk in hen in de ogen en word ik meegezogen.
Soms voel ik voorbij de bullshit, de pijn, de worsteling, de eenzaamheid.
Liefde.
Soms val ik stil.

Heb ik er last van? Nee. Ik kies kwaliteit (van leven) boven kwantiteit.
Ik kies échtheid en mijn natuurlijke staat van zijn en doen en hoop de ander zo te treffen.

(deze draag ik op aan Samantha)

Waheeda

Mijn dagelijksheden met kanker deel ik schaamteloos met jou en, hoop je aan te moedigen je eigen wijsheid te vinden en te leven zoals jij wilt ondanks ziekte, angst of knagende draken.

 

 

 

 

 

Translate »
Wat onze klanten zeggen
19 beoordelingen